Thomas van der Vlis (de Alliantie): Duidelijk signaal afgeven dat we klaar zijn om biobased te omarmen

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

De verduurzaming van het bezit van woningcorporaties kent vele gezichten. Een daarvan is de ambitie om het milieu zo min mogelijk te belasten en de aarde niet uit te putten van haar grondstoffen. Om daarop in te spelen, maakt de Alliantie sinds kort gebruik van biobased materialen bij het isoleren van haar daken. CorporatieGids Magazine sprak met Regisseur Innovatie Thomas van der Vlis over de keuze hiervoor, het inzetten van sensoren om het effect van biobased materiaal te meten en de geleerde lessen voor de toekomst.

Een van de grootste warmteverliesplekken voor corporaties zijn daken, begint Thomas het gesprek: “Vooral bij platte daken – die je vaak bij appartementencomplexen terugziet – is het verlies hoog. Dat vertaalt zich bijvoorbeeld door in de stookkosten van een complex; de randwoningen stoken veel meer dan de woningen middenin het complex. Naast dat dit niet aansluit bij onze ambitie om te verduurzamen is het ook oneerlijk. Je kunt als huurder immers niet kiezen welke woning je huurt dus heeft het aanpakken van deze warmteverliesplek prioriteit. Het renoveren van daken gebeurt echter nog vaak met producten die gemaakt worden van aardolie. Wij willen door hier gebruik te maken van biobased materiaal een dubbele slag slaan; verduurzamen én de betaalbaarheid aanpakken.”

Urgentie
De ambitie voor corporaties om CO2-neutraal te zijn in 2050 is helder, gaat Thomas verder. “Maar wat is vervolgens de manier om dat te bereiken? Wat kost CO2-neutraal worden en waar moet je op letten? De Alliantie is aangesloten bij de denktank Pianoo, een consortium van de overheid dat zich richt op biobased oplossingen. Vervolgens zijn we met Consolidated in gesprek gegaan over het inzetten van biobased isolatiemateriaal. Hier zit volgens ons een grote mate van urgentie achter. Daken zijn immers onderdelen die je maar eens in de 30 of 35 jaar vervangt, dus wat we er nu opleggen halen we er tegen 2060 pas af. Wil je voldoen aan de duurzaamheidsdoelen die voor die periode zijn gesteld, is het belangrijk om er nu al mee aan de slag te gaan.”

Platte daken
Gebruikmaken van biobased materialen wordt volgens Thomas gelukkig steeds populairder: “Denk aan het gebruik van biokorrels, hennepvezels of oude kranten. Omdat we zagen dat we veel winst konden boeken met onze platte daken, hebben we ons hierop gefocust. Het isoleren van een schuin dak – wat je veelal van binnenuit doet – brengt andere uitdagingen met zich mee dan een plat dak. Zo moet je op een plat dak kunnen lopen zonder dat je de bitumen toplaag beschadigt, wil je eventueel zonnepanelen of sedum kunnen plaatsen en vindt er een natuurlijke vochtopbouw onder de isolatielagen plaats.”

Na de uitvraag heeft de Alliantie besloten om met twee partijen verder te gaan in de pilot. “Bij het eerste materiaal wordt plantaardige olie gebruikt om een isolatielaag te maken maar is het productieproces nog niet geheel CO2-neutraal. Het andere product gebruikt plantafval, schelpen en restanten van chemische producten. Ook al zijn ze beide niet honderd procent biobased, het is een grote verduurzamingsstap vergeleken met de ‘oude’ producten die veelal volledig van aardolie gemaakt zijn.”

Weinig verschillen
Op de andere productiewijze na, bestaan er op papier nauwelijks verschillen tussen de prestaties van biobased en ‘reguliere’ materialen, gaat Thomas verder: “We gaan het effect de komende periode in de praktijk meten door sensoren te plaatsen tussen de isolatielagen. Tussen de twee biobased opties zitten wel verschillen. Zo is het ene product wat duurder maar wel makkelijker voor dakdekkers om mee te werken. Het feit dat het verschil met reguliere materialen zo klein is, is voor ons een belangrijk signaal om het gebruik van biobased materialen richting de toekomst te borgen.”

Dwarsdoorsnede
Voor het plaatsen van de sensoren werkt de Alliantie samen met Inscio. Thomas: “We hebben op verschillende plekken op een opgetopt dak – wat betekent dat een nieuwe daklaag bovenop een oude is gelegd – sensoren geplaatst. Als je een dwarsdoorsnede maakt betekent dit van onderaf gezien beton, oud isolatiemateriaal, oud bitumen, biobased isolatiemateriaal en nieuwe bitumen bovenop. De sensoren meten vervolgens bijvoorbeeld wat de temperatuurverschillen zijn tussen de isolatielagen zodat we het effect van biobased materialen kunnen analyseren.”

Objectiever analyseren
De sensoren passen in het bredere plaatje van de Alliantie omtrent het digitaliseren van vastgoed, legt Thomas uit: “We willen data gebruiken om bijvoorbeeld onderhoud steeds efficiënter in te richten. Denk aan vochtsensoren die bij een lekkage duidelijker kunnen aangeven waar het probleem zit. Maar ook hoe de kwaliteit van het dak zich door de jaren heen ontwikkelt. Het dak dat wij nu aanleggen moet minstens dertig jaar meegaan en wordt nu nog met het oog gecontroleerd. Door gebruik te maken van sensoren kun je veel objectiever analyseren hoe goed een dak nog is, zonder steeds het dak op te hoeven klimmen. Met die data kunnen we vervolgens zien of een dak aan vervanging toe is of dat we juist – wanneer de conditie nog goed is – het vervangmoment met enkele jaren uitstellen, wat geld bespaart.”

Continue temperatuur
Op de vraag welke resultaten de Alliantie tot nu toe van haar daken met de sensoren heeft geplukt, vertelt Thomas: “Wat direct opviel waren de temperatuurverschillen tussen de daklagen. De sensoren direct onder de bovenste laag bitumen reageren sterk op de buitentemperatuur, maar daaronder worden de verschillen steeds minder heftig. Dit laat zien dat het biobased isolatiemateriaal een continue temperatuur mogelijk maakt en dus werkt. De komende maanden willen we kijken of dit ook in de zomer het geval is en de lagen helpen de warmte buiten te houden.”

Nachtelijke uitstraling
“Daarnaast leren we ook nieuwe dingen die we vooraf niet hadden verwacht. We zagen in de winter dat de sensor onder het bitumen een lagere temperatuur aangaf dan de buitenlucht. Dat deed ons eerst twijfelen aan de data en of de sensor wel goed functioneerde. We hebben een ingenieur erbij gehaald en leerden dat dit een natuurlijk fenomeen is: nachtelijke uitstraling. Een object met massa straalt ’s nachts – wanneer het kouder wordt – haar warmte uit, waardoor het kouder kan worden dan de buitentemperatuur. Onze partners en wijzelf hadden hier nog niet eerder van gehoord, maar hebben hier wel van geleerd.”

Biobased omarmen
Hoewel de nieuwe isolatiematerialen in de woningen van de Alliantie nog niet volledig biobased zijn, heeft de corporatie hiermee een goede tussenstap gemaakt naar een CO2-neutraal bezit, sluit Thomas af: “We zijn nog niet op een volledig biobased isolatiemateriaal uitgekomen, maar desondanks hebben we grote winst geboekt met hoe we dit eerst deden. Ook het bitumen dat gebruikt is, is voor 40 procent gerecycled. Dus ook daar worden mooie duurzame stappen gezet.
Daarnaast zijn de kosten zeer beperkt hoger dan van het ‘oude’ materiaal en de isolatiewaarden lijken vooralsnog goed. We willen het gebruik van biobased materiaal daarom opnemen in ons nieuwe technische programma van eisen en in de uitvraag voor nieuwe daken standaardiseren. Zo geven we een duidelijk signaal naar de markt dat wij klaar zijn om biobased op onze daken te omarmen.”

Bron: CorporatieGids Magazine, Foto: Heidi Borgart