CorporatieGids Magazine
MAART 2025 I 5 4 I CORPORATIEGIDS MAGAZINE Harry werkt ruim 25 jaar in de sector: “Toen ik als adviseur en beleidsmedewerker begon bij een voorganger van Ymere, dacht ik nog: ‘Ik wil niet te lang voor een woningcorporatie werken’,” begint hij lachend. “Mijn achtergrond ligt in de vastgoed- economie en ik heb een aantal modules in Property Management behaald aan de Universiteit van Cambridge. Met die kennis en een fascinatie voor wat je allemaal met stenen kunt doen, begon ik in de sector. Ymere had destijds zo’n 36.000 woningen en ik voelde mij als een kind in een snoepwinkel toen ik mocht meedenken over de verdere ontwikkeling van die portefeuille. En hoewel die passie voor vastgoed altijd is gebleven, groeide gaandeweg een tweede fascinatie: hoe kun je die stenen écht van betekenis laten zijn voor mensen. Dat drijft mij nog steeds.” Samen stappen maken Naast zijn rol als directeur-bestuurder van Parteon vervult Harry diverse nevenfuncties, waaronder voorzitter RvC van KWH, voorzitter van de Groene Huisvesters en sinds kort lid van het dagelijks bestuur van De Vernieuwde Stad. “Dat lijkt misschien veel, maar zolang deze rollen aansluiten bij mijn hoofdfunctie, versterken ze elkaar,” zegt hij. “De Vernieuwde Stad is bijvoorbeeld een geweldige samenwerking van grote corporaties die met vergelijkbare uitdagingen te maken hebben. Door elkaar op te zoeken en kennis uit te wisselen, kun je samen sneller stappen maken. De dynamiek in de Zaanregio verschilt uiteindelijk niet zo veel van die in Amsterdam-West of Rotterdam-Zuid.” Andere kant van de tafel “Mijn rol bij het KWH is wel wat anders, maar een bewuste keuze. Als bestuurder werk je nauw samen met een Raad van Commissarissen en ik was benieuwd hoe het is om aan de andere kant van de tafel te zitten. Dat levert interessante inzichten op. Als bestuurder denk je soms: ‘Dit is mijn terrein, waarom komt de RvC zo dicht bij?’. Maar nu merk ik dat, wanneer er kwesties spelen die echt relevant zijn, de RvC vanuit urgentie en betrokkenheid juist dichtbij de bestuurder staat. Dat wederzijdse begrip maakt de samenwerking alleen maar beter.” Veranderende rol Op de vraag wat de rol van woningcorporaties tegenwoordig is, vertelt Harry: “Corporaties bevinden zich tussen de overheid en de markt in. Als je terugkijkt op de afgelopen 25 jaar, zie je dat het woonbeleid sterk gericht was op het stimuleren van koopwoningen boven huren. Tegelijkertijd zijn de kwaliteits- eisen voor woningen strenger geworden en is verduurzaming een steeds grotere opgave, terwijl de huurprijsontwikkeling onder druk heeft gestaan. Op een gegeven moment begint dat te wringen. Een paar jaar geleden hadden corporaties nog financiële ruimte, maar die is grotendeels verdwenen door onder andere de verhuurdersheffing. Hoewel deze heffing sinds 2023 is afgeschaft, blijft de financiële druk hoog door stijgende bouwkosten, investeringen in verduurzaming en de groeiende vraag naar sociale huurwoningen. Dat betekent niet direct dat corporaties in de problemen komen, maar ze moeten wel scherper aan de wind zeilen dan de overheid misschien voor ogen heeft.” “Aan de menskant is ook veel veranderd. Waar vroeger meer middeninkomens – zoals de slager, bakker of leraar – een sociale huurwoning betrokken, zien we nu dat vooral kwetsbare groepen hierop aangewezen zijn. Door de extramuralisering wonen mensen met een zorg- of begeleidingsvraag vaker zelfstandig, wat de samenstelling van wijken en complexen beïnvloedt. Dat merk je in de praktijk. Waar een straat vroeger misschien ruimte had voor één of twee gezinnen die extra aandacht nodig hadden, zien we nu in één portiek soms drie of vier huishoudens met complexe problematiek. Ik ben altijd enorm trots geweest dat onze sector ruimtelijke segregatie wist te voorkomen, maar de huidige huurregels werken dit, tot mijn verdriet, juist in de hand. Daarom moeten we opnieuw kijken naar hoe we woningen toewijzen. Niet alleen kwetsbare mensen een plek bieden omdat het systeem dat voorschrijft, maar ook oog hebben voor de draagkracht van een straat, complex of buurt.” Aanpak woningnood De woningnood is een urgent thema in Nederland, maar speelt in werkelijkheid al minstens vijftien jaar. “Bij Parteon stelden we ons de vraag: gaan we groeien en een nieuwe afdeling opzetten om het tekort aan te pakken, of zoeken we naar een andere manier om snel woningen te realiseren? Mijn ervaring bij Ymere leerde dat het opzetten van een nieuwe ontwikkel- afdeling enorm veel tijd kost. Daarom hebben we bij Parteon bewust gekozen voor modulair en industrieel bouwen. Binnen het samenwerkingsverband ‘Noord-Hollandse Bouw- stroom’ doen wij dit met verschillende collegacorporaties en zes bouwpartners. Ons doel is om de komende jaren 5.000 woningen modulair te realiseren.” Omdenken Omdenken bleek essentieel bij uitdagingen zoals het stikstof- probleem. “In de Zaanstreek bevinden we ons tussen meerdere Natura 2000-gebieden. Dat betekent dat we alleen kunnen bouwen als projecten op een duurzame manier worden uit- gevoerd. In de Rosmolenbuurt hebben we daarom woningen gebouwd die CO2-positief zijn - oftewel, ze slaan gedurende hun levensduur meer CO2 op dan ze uitstoten. Dit bereiken we onder andere door alternatieve materialen te gebruiken en het bouwproces anders in te richten. Zo worden alle modules in één hal geproduceerd, waardoor het transport naar de bouwlocatie fors afneemt. Toch bleek dat het transport van Vastgoed is meer dan stenen alleen. “Het draait om de betekenis die ze krijgen voor mensen. Dat drijft mij.” Dat zegt Harry Platte, directeur-bestuurder van Parteon, in een interview met CorporatieGids Magazine. Het gesprek vindt plaats op de dag dat zijn overstap naar Woonzorg Nederland – per 1 mei – officieel bekend wordt gemaakt. Hij spreekt over de veranderende rol van woningcorporaties, omdenken en het versterken van interne én externe verbinding. Harry Platte (Parteon): Groot dromen, klein doen
RkJQdWJsaXNoZXIy Mzg5Mzg=