VERA blog: Hoe zit VERA eigenlijk in elkaar?

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

Van VERA weten we dat het zich richt op het standaardiseren van uitwisseling van gegevens tussen applicaties. Maar hoe is VERA opgezet en kan het gebruikt worden? Laten we er eens induiken en kijken waaruit VERA bestaat en hoe dit toegepast kan worden.

VERA is al bruikbaar
Bij de eerste keer doornemen van de berichten in VERA valt op dat er alleen hele beperkte berichten met individuele gegevens zijn opgenomen, bijvoorbeeld alleen persoonsgegevens zonder adres. Juist deze berichten met gecombineerde gegevens die men voor het uitvoeren van processen nodig heeft ontbreken. Op dit moment zijn er alleen procesberichten voor woonruimteverdeling. Toch is VERA ook bruikbaar voor andere processen dan woonruimteverdeling.

De standaard bevat namelijk een rijk gegevensmodel. Dit kan gebruikt worden om bijvoorbeeld een inventarisatie van registraties te maken of een implementatieonafhankelijke data laag te ontwerpen. Ook is met behulp van StUF volledig beschreven hoe nieuwe berichten toegevoegd kunnen worden. Met behulp van deze methode en het rijke gegevensmodel staat niets je in de weg om zelf op VERA gebaseerde berichten toe te voegen.

Onderdelen van VERA
Om een beter beeld te krijgen bij deze bruikbaarheid van VERA duiken we de verschillende onderdelen van VERA in.

Allereerst bevat VERA logische gegevensmodellen. Deze bestaan uit de definities van de entiteiten en de attributen die VERA hanteert voor de uitwisseling van informatie.

VERA kent twee toepassingsgebieden: uitwisseling van operationele informatie (in uitvoering van processen) en uitwisseling van prestatie informatie (voor stuurinformatie en verantwoording). Standaardisatie van operationele informatie en een kwalitatieve uitwisseling van deze informatie draagt bij aan de kwaliteit van de prestatie informatie.

Daarom zijn er twee methodieken in VERA opgenomen voor de beide toepassingsgebieden van VERA. Enerzijds om te komen tot definities van koppelingen en koppelvlakken voor het toepassingsgebied van de operationele uitwisseling. Anderzijds om te komen tot kengetallen voor het toepassingsgebied van de prestatie informatie.

Voor uitwisseling van operationele informatie zijn service contracten en technische schema’s opgenomen voor de koppelingen en koppelvlakken op basis waarvan een web service geïmplementeerd kan worden op een applicatie. Voor uitwisseling van prestatie informatie zijn bedrijfs- en rekenregels opgenomen en adapters opgenomen om te komen tot kengetallen.

Bij al deze onderdelen is in VERA ondersteunende documentatie opgenomen over hoe ze tot stand zijn gekomen en waar ze voor gebruikt kunnen worden.

Uitwisseling operationele informatie
Operationele informatie wordt uitgewisseld tussen applicaties. VERA standaardiseert alleen niet welke concrete applicaties er gebruikt moeten worden. De applicaties in VERA zijn implementatieonafhankelijk en komen overeen met de informatiedomeinen in CORA. Bijvoorbeeld: financieel beheer, document beheer.

Een CORA (referentie)proces bepaalt welke informatie er uitgewisseld moet worden tussen welke logische informatiesystemen en dus welke koppelingen en koppelvlakken nodig zijn. Ook de benodigde integratie patronen en het initiatief voor het starten van een uitwisseling worden (voor een deel) bepaald door het proces.

Als berichtenstandaard voor de operationele gegevensuitwisseling is voor StUF gekozen. StUF is een universele berichtenstandaard voor het elektronisch uitwisselen van gegevens tussen applicaties. De StUF berichtenstandaard beschrijft inhoud en uitwisseling van de berichten en transport.

Het domein van de StUF-taal omvat informatieketens en -functionaliteit. StUF is beschreven in XML en gebaseerd op geaccepteerde internetstandaarden. Het toepassingsgebied van StUF sluit goed aan bij dit toepassingsgebied van VERA. Door StUF te gebruiken hoeft VERA dus zelf geen berichtstandaard meer te ontwerpen.

In VERA wordt over sectormodellen gesproken, een term die uit StUF is overgenomen. Een sectormodel bevat twee onderdelen: definities van de gegevensstructuur en definities van berichten. Er is één horizontaal model en de mogelijkheid voor meerdere verticale sectormodellen. Het horizontale model is een algemeen breed gedefinieerd model. Een verticaal sectormodel is een specifiek model voor een toepassingsgebied. VERA 3.1 levert het eerste verticale sectormodel: woonruimteverdeling.

Het horizontale sectormodel van VERA bevat de definities van de gegevens (in de volle breedte) en de bijbehorende XML-syntax. Er zijn ook berichten in het horizontale model opgenomen, echter gaat elk bericht hier slechts over één entiteit. Deze berichten zijn beperkt bruikbaar. Maar juist omdat in VERA is beschreven hoe berichten opgesteld worden kunnen eenvoudig samengestelde berichten gemaakt worden in lijn met VERA en gebruikmakend van het VERA datamodel.

Een verticaal sectormodel bouwt verder op het horizontale sectormodel door de gegevensstructuren en de berichten te importeren en specifiek te maken. Een verticaal sectormodel bevat rijkere domeinmodellen (incl. proces en service beschrijvingen) en is gericht op een specifiek toepassingsgebied.

Van horizontaal naar verticaal sectormodel
StUF en daarmee VERA is zo opgebouwd dat het horizontale sectormodel de basis is. Het verticale sectormodel maakt gebruik van de gegevensstructuren uit dit horizontale model. Deze gegevensstructuren kunnen worden beperkt en uitgebreid in het verticale sectormodel.

Beperking van de gegevensstructuren uit het horizontale sectormodel in het verticale sectormodel betekent dat het mogelijk is om in het verticale sectormodel te selecteren welke attributen van een entiteit uit het horizontale sectormodel nodig zijn voor het desbetreffende toepassingsgebied.

Uitbreiding van de gegevensstructuren uit het horizontale sectormodel in het verticale sectormodel betekent dat het mogelijk is om in het verticale sectormodel specifieke attributen toe te voegen aan een entiteit uit het horizontale sectormodel (eventueel gecombineerd met een beperking). Daarnaast is het ook mogelijk om nieuwe entiteiten toe te voegen wanneer er entiteiten specifiek voor dit procesgebied nodig zijn.

In het horizontale sectormodel bevatten berichten één of meer gegevensstructuren uit het horizontale sectormodel. In het verticale sectormodel bevatten berichten één of meer gegevensstructuren die zijn gecombineerd of samengesteld.

Uitwisseling prestatie informatie
Uitwisseling van prestatie informatie en het komen tot goede prestatie informatie is in de basis fundamenteel anders dan de uitwisseling van operationele informatie.

Operationele informatie gaat om informatie die bij de uitvoering van één specifiek proces hoort. Prestatie informatie gaat juist om inzicht over processen heen waarbij analyses en trendontwikkelingen een belangrijke rol spelen. De overeenkomst is dat beide gebruik maken van gegevens om informatie uit te wisselen. In de VERA standaard brengen we die twee toepassingsgebieden bij elkaar door van één algemeen gegevensmodel uit te gaan.

Bij het tot stand komen van prestatie informatie zijn twee routes te beschouwen:

  • Proces gedreven: aan de hand van de berichten die uitgewisseld worden kan onder andere door middel van filtering en aggregatie van de berichten prestatie informatie berekend worden
  • Data gedreven: aan de hand van gegevens die in registraties te vinden is kan onder andere door middel van filtering en aggregatie van de gegevens prestatie informatie berekend worden

De VERA standaard biedt met de uitwisseling van operationele informatie de mogelijkheid om via de proces gedreven route tot prestatie informatie te komen. De uitwerking van prestatie informatie in VERA concentreert zich daarom op de data gedreven route.

Gegevensmodellen

In het model van prestatie indicatoren is aangegeven dat deze worden opgebouwd door middel van een formule op kengetallen. Deze kengetallen komen vervolgens weer tot stand op basis van bedrijfs- en rekenregels op de gegevensmodellen. De gegevensmodellen worden ontsloten uit verschillende fysieke gegevensbronnen.

Voor VERA is met name relevant hoe de uitwisseling tot stand kan komen tussen de fysieke gegevensbron op basis van een VERA gegevensmodel en de bedrijfs- en rekenregels voor de kengetallen.

Voor implementatie moeten de logische gegevensmodellen samengevoegd worden tot één fysiek model. Dit fysieke model moet applicaties in staat stellen om geregistreerde gegevens te ontsluiten voor filtering en aggregatie. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een basisadapter.

Jos van Dixhoorn, IT-architect bij Info Support .

-------------

Dit is een aflevering uit de BLOG serie over VERA. VERA standaardiseert informatie en informatieuitwisseling in de corporatiesector. De auteurs zijn actief (geweest) in de ontwikkeling van VERA. Met deze BLOGS willen we de bekendheid van VERA vergroten en het gebruik ervan bevorderen. Maar ook hopen we op feedback en zoeken we mensen die willen bijdragen aan de doorontwikkeling van VERA! Het maakt niet uit of je bij een corporatie werkt of bij een leverancier. Heb je een idee, feedback, een wens of kritiek, laat het weten op de VERA LinkedIn pagina of stuur een mail naar info@stichting-vera.nl. (Stichting VERA voert geen regie over de inhoud van deze BLOGS.)

Bron: VERA