Vastgoedsturing vraagt om verbinding

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

Het begrip vastgoedsturing is redelijk ingeburgerd bij corporaties. Toch merk ik dat vaak niet duidelijk is wat ermee wordt bedoeld. Regelmatig wordt vastgoedsturing eenzijdig benaderd, gericht op de harde kant van de corporatie: financieel rendement en stenen. Maar vastgoedsturing is breder en richt zich op een goede balans tussen de harde en de zachte maatschappelijke kant. Mijn ervaring is dat die alleen gerealiseerd kan worden door de ‘taal’ van beide kanten te spreken en te blijven werken aan begrip en gedeelde kennisontwikkeling.

Van strategisch voorraadbeleid naar vastgoedsturing
Toen corporaties medio jaren 90 met het BBSH en de brutering ruimte kregen voor eigen portfoliobeleid, werd strategisch voorraadbeleid (SVB) populair. Dit hielp corporaties flink vooruit door de introductie van meer marktgerichte methodes om portfolioprestaties te beoordelen en vertalen naar onderhoudsen huurbeleid. Helaas bleef SVB in de praktijk vaak hangen in mooie plannen en portefeuillescores. De vertaling naar concrete activiteiten bleek lastig. Zo kon het gebeuren dat woningen die gelabeld waren voor verkoop juist werden gerenoveerd ter verbetering van de verhuurbaarheid. De ‘doorontwikkeling’ van SVB naar vastgoedsturing betekent dat de focus verschuift van portfolioanalyse en beleidsvorming naar implementatie en vertaling van beleid in concrete maatregelen.

Het verschuiven van de focus maakt de noodzaak tot samenwerking tussen verschillende disciplines binnen corporaties groter. Oprechte en duurzame samenwerking kan alleen ontstaan als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan:

  • Beschikken medewerkers over genoeg kennis van het eigen en elkaars vakgebied? Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat kennis van rendementsbegrippen niet alleen bij de financials aanwezig is.
  • Gebruiken medewerkers een gezamenlijk en gedeeld begrippenkader? Pas als medewerkers elkaar ‘verstaan’ en begrijpen wat er wordt verstaan onder termen als KPI, maatschappelijke prestatie of wensportefeuille is constructief samenwerken mogelijk. Het gebruik van een gezamenlijke softwareapplicatie kan hier aan bijdragen.
  • Is de wil tot samenwerking aanwezig? Los van kennis, kunde en hulpmiddelen moeten medewerkers ook echt willen samenwerken. Dit betekent ook dat zij zich niet ‘verstoppen’ achter eigen vakjargon maar blijvend werken aan wederzijds begrip en de tijd nemen om lastige zaken uit te leggen.

De realisatie van deze voorwaarden gaat niet vanzelf. Het is noodzakelijk dat de wil én de ruimte om mensen en afdelingen te verbinden op meerdere plekken aanwezig is. Waarschijnlijk begint dit bij één of twee voortrekkers, maar met steun van interne sleutelfunctionarissen kan er in korte tijd veel worden bereikt.

Bron: CorporatieGids 2018 | Foto: Batavia Groep