De effecten van samenwerking tussen regio’s bij woningtoewijzing

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

De woonruimteverdeling in de sociale huursector is nu regionaal of lokaal georganiseerd. Woningzoekenden moeten zich daarom in meerdere systemen inschrijven als ze ook buiten hun regio kans willen maken op een woning. Een regio-overstijgende samenwerking in de woningtoewijzing lijkt dus grote voordelen te hebben voor woningzoekenden. Aedes vroeg Enserve en Companen om objectief te onderzoeken of, en zo ja hoe, bij regio-overstijgende woningtoewijzing het zoekgedrag en de slaagkansen van woningzoekenden veranderen. 

Elke regio heeft zijn eigen website, eigen wachtlijsten, eigen regels etc. Dat maakt het voor woningzoekenden die buiten de grenzen van hun eigen regio een woning zoeken niet gemakkelijk. Biedt een interregionale samenwerking daarvoor een oplossing? Een dergelijk alternatief biedt ook zorgen, bijvoorbeeld over langere wachtlijsten als meer mensen in een regio kunnen reageren op vrijkomend aanbod of over de toestroom van kwetsbare groepen. Enserve bracht, in samenwerking met Companen, de situatie in kaart.

Vooral jonge huishoudens maken gebruik van het grotere zoekgebied
De algemene conclusie van het onderzoek is dat de meeste huishoudens sterk georiënteerd zijn op hun ‘eigen’ gemeente en niet over grote afstanden verhuizen. Meer samenwerking tussen regio’s leidt naar verwachting dan ook niet tot een grote toename van de afstand waarover woningzoekenden in de sociale huurvoorraad verhuizen. Wel zullen er meer verhuisbewegingen zijn tussen direct aangrenzende gemeenten die voorheen niet tot een regio behoorden. Het beeld is dat de verhuisafstanden in de sociale huursector meer in lijn komen te liggen met de afstanden van huishoudens gericht op een particuliere huur- of koopwoning.

Het zijn vooral starters en jonge huishoudens die baat hebben bij meer samenwerking tussen woonruimteverdeelsystemen. Zij hebben minder economische of maatschappelijke binding en verhuizen doorgaans over een grotere afstand dan oudere woningzoekenden. Voor jongeren geldt dat zij zich meestal inschrijven in de regio waar zij wonen. En dit is niet altijd de regio waar zij vervolgens gaan studeren of werk vinden. Als zij willen verhuizen naar een andere regio hebben ze geen inschrijftijd opgebouwd en dit maakt het lastiger om te verhuizen. Als de inschrijving voor een sociale huurwoning niet beperkt is tot specifieke regio’s, zullen jongeren minder beperkt worden door het systeem.

De slaagkansen van woningzoekenden nemen wel af, blijkt uit onderzoek van casussen waar regio’s zijn uitgebreid. Maar dit is een landelijke trend die wordt veroorzaakt door de toename van de druk op de sociale huurmarkt. Dit beeld zien we terug in alle regio’s, ook de regio’s waar geen veranderingen in regiovorming hebben plaatsgevonden.

Rob Ravestein (Aedes vereniging van woningcorporaties): “De keuze om het onderzoek naar ‘De impact van meer samenwerking in woonruimteverdeling op verhuisbewegingen’ door Enserve en Companen te laten doen, werd vooral bepaald door de praktijkervaring en beschikbare data over woonruimteverdeling  van Enserve in combinatie met de onderzoekexpertise van Companen. Daardoor is er een compact en goed leesbaar rapport gerealiseerd, waarmee Aedes zowel binnen de vereniging als met stakeholders beter het gesprek kan aangaan om op termijn woningzoekenden mogelijkheden te bieden om hun keuzemogelijkheden te vergroten en meer doorstroming te realiseren. Het onderzoek vormt een belangrijke bouwsteen om bestaande belemmeringen weg te nemen en te komen tot meer samenwerking in woonruimteverdeling in heel Nederland.”

Gedetailleerde analyse van verhuisbewegingen
Karel Blom (Enserve): “Omdat wij bij meerdere samenwerkingsverbanden van woningcorporaties betrokken zijn bij de woonruimteverdeling, hebben wij veel kennis van wat er gebeurt in de sociale huurwoningmarkt, en, met toestemming van betrokken corporaties, toegang tot veel data over wat woningzoekenden doen. Tegelijkertijd was dit een onderzoeksvraag die je niet alleen vanuit de data en kennis van woonruimteverdeling moet benaderen, maar die vraagt om een veel bredere analyse. Daarom zochten wij de samenwerking met Companen en deden wij een gezamenlijk voorstel aan Aedes.”

Jeroen Lijzenga (Companen): “Wij zijn in ons advieswerk veel betrokken bij de lokale woningmarktvraagstukken van corporaties en gemeenten, maar doen ook veel onderzoek voor het ministerie van BZK en koepelorganisaties als Aedes. We kunnen de problematiek daarom vanuit verschillende schaalniveaus benaderen. We maakten voor dit onderzoek samen met Enserve een zeer gedetailleerde analyse van de verhuisbewegingen in de sociale huursector, landelijk en in specifieke regio’s waar veranderingen in de samenwerking rond de woningtoewijzing zijn geweest. Die analyse was de basis om te bepalen of veranderingen in de samenwerking leiden tot ander verhuisgedrag.”

Bron: Enserve, Foto: Enserve