Column: Tijdelijke huurwoningen

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

In de Miljoenennota zijn voor  2020 15.000 tijdelijke huurwoningen (alias flexwoningen) opgenomen, te bouwen door woningcorporaties en vrijgesteld van de verhuurderheffing. Met andere woorden: het Kabinet wil liever dat woningcorporaties tijdelijke huurwoningen bouwen dan gewone huurwoningen, waarvoor de verhuurderheffing van toepassing blijft.

Waar het om tijdelijke bouwsels gaat, mag gedurende maximaal 15 jaar worden afgeweken van het bestemmingsplan. Deze benadering sluit naadloos aan op het rijksbeleid dat sinds het opheffen van het ministerie van VROM de rijksverantwoordelijkheid voor de ruimtelijke ordening heeft losgelaten. Juist nu verbindingen van woningen aan het warmtenet steeds belangrijker worden, negeert het Rijk de relatie tussen woningen en energie-infrastructuur.

Er zijn zeker situaties denkbaar waarin de bouw van tijdelijke huurwoningen geïndiceerd is. Voor starters, studenten en statushouders kan een tijdelijke huurwoning een bruikbaar alternatief zijn. Maar er bestaan nog veel meer situaties waarin tijdelijke huurwoningen helemaal niet passen. De locaties die voor tijdelijke huisvesting beschikbaar komen, zijn vaak geïsoleerd en niet aantrekkelijk voor ouderen of starters. De aangescherpte eisen van het Klimaatakkoord gelden ook voor tijdelijke woningen en mede daardoor kunnen deze woningen relatief duur zijn.

De woningmarkt wordt geteisterd door structurele problemen, die niet worden opgelost met tijdelijke voorzieningen. Ten opzichte van het actuele woningtekort van 300.000 woningen en de veel te lage woningproductie zijn 15.000 tijdelijke huurwoningen extra een druppel op een gloeiende plaat. De stikstofproblematiek heeft de plaat nog veel gloeiender gemaakt.

De indruk wordt gewekt dat woningcorporaties effectief worden geholpen. Maar dat is niet het geval. Weliswaar profiteren de corporaties van een korting op de verhuurderheffing van 1 miljard euro, maar dit bedrag wordt uitgesmeerd over tien jaar. De korting van 100 miljoen euro op jaarbasis wordt tenietgedaan door de stijging van de verhuurderheffing (2019: 1,7 miljard euro in een jaar}, die is gekoppeld aan de stijgende WOZ-waarde. En daar komt nog 700 miljoen euro per jaar bij, als onbegrijpelijke bijdrage van de corporaties aan de Europese belastingrichtlijn tegen belastingontwijking (Atad).

Kortom, in vele opzichten worden de woningcorporaties nog steeds door het Rijk gepiepeld, waardoor hun bijdrage aan het terugdringen van het woningtekort en de versnelling van de energietransitie ernstig in het gedrang komt.

Hugo Priemus is emeritus hoogleraar Systeem Innovatie Ruimtelijke Ontwikkeling en verbonden aan het OTB en de Technische Universiteit Delft

Bron: Hugo Priemus, Foto: CorporatieMedia