Column: Corporaties, neem afscheid van niet-DAEB!

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

Zelf invulling geven aan case- en documentmanagement


Herkent u dit?
• Meldingen van huurders worden geïsoleerd opgelost;
• De melding van huurders worden niet met elkaar in verband gebracht;
• Gelijksoortige meldingen worden niet in samenhang opgelost;
• Informatie voor de afhandeling van een melding is versnipperd aanwezig;
• Informatie van meldingen wordt niet gedeeld;
• Er is geen verantwoordelijke voor het oplossen van het probleem;
• Veel tijdverlies door het zoeken naar informatie.


Case- (of zaak) management
Problematiek waarbij meerdere partijen betrokken zijn, vraagt om casemanagement. Casemanagement is het inrichten en sturen van een traject waarin de (complexe) vraagstukken van bijvoorbeeld de huurder integraal wordt opgepakt.

Een case is een zaak waar:
• vraagstukken integraal worden benaderd;
• gekozen wordt voor een duurzame oplossing;
• de kansen en niet de problemen centraal staan;
• de 'case manager' een nieuwe rol en functie is.
Onder verantwoordelijkheid en regie van een persoon (de casemanager) wordt met alle betrokken partijen gezamenlijk het probleem in alle facetten opgelost. Vraagstukken worden niet meer geïsoleerd opgelost, maar vanuit een breder perspectief bekeken en in relatie met andere problemen opgelost.

Het legt sterker de nadruk op de verantwoordelijkheid en de deskundigheid van de medewerker. De verantwoordelijke medewerker kan in alle vrijheid die activiteiten ondernemen die nodig zijn voor het oplossen van het vraagstuk. De rol van de casemanager is dan ook het regelen dat afspraken met betrokkenen worden gemaakt en dat de afspraken door de betrokkenen worden nagekomen. De overige betrokkenen dienen ook
hun verantwoordelijkheid te kennen. Afspraken hierover moeten dan ook gemaakt worden.

Daarnaast dient alle informatie over de casus centraal beschikbaar te zijn. De informatiehuishouding in de organisatie zal hierop ingericht moeten worden. Informatie die voor meerdere medewerkers
in uw organisatie bestemd is, vraagt om een goede en effectieve verspreiding en archivering met behulp van documentmanagement systemen.

Case of zaakgericht werken impliceert daarom een verandering in de werkwijzen en de processen, in de informatiehuishouding en cultuur van de organisatie. Het is dan ook van groot van belang dat het management van de organisatie zelf invulling geeft aan de wijze waarop casemanagement binnen de organisatie wordt ingevuld.

Bijdrage voor u
• Vragen en meldingen van bijvoorbeeld huurders worden integraal vastgelegd;
• U bent in staat om met meerdere disciplines gestructureerd aan een casus te werken;
• De kwaliteit van de behandeling van de casus verbetert en de doorlooptijd wordt verkort;
• De klanttevredenheid over de wijze van afhandeling vergroot.


Auteur: Yvonne Hoftijzer is management consultant bij AvW2

Op 17 juli 2014 verscheen het concept-Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting. Hierin worden enkele vitale delen uit de Tweede Novelle van de Herzieningswet uitgewerkt. Er staat veel verstandigs in dit nieuwe concept-Besluit. Eén thema valt uit de toon: de splitsing DAEB/niet-DAEB en vervolgens de relatie tussen DAEB en niet-DAEB bij een administratieve scheiding.

Zowel DAEB als niet-DAEB moeten zelfstandig levensvatbaar en financierbaar zijn. Dat vergt een interne startlening van DAEB aan niet-DAEB, een door de minister goed te keuren startbalans, gedifferentieerde eisen aan het interne rendement van DAEB-activiteiten en tenslotte de periodieke bepaling van de compensatie die staatssteun in combinatie met het directe rendement biedt. Als het directe DAEB-rendement hoger is dan het directe IPD-rendement (4,5% in 2013), zou er sprake zijn van overcompensatie die door de minister zal worden teruggevorderd.

Het CFV constateert dat de scheiding DAEB/niet-DAEB qua complexiteit vergelijkbaar is met de Brutering. Uitvoeringskosten en financiële risico’s lijken mij prohibitief.

Waarom niet kiezen voor de volgende alternatieve benadering: corporaties richten zich voortaan uitsluitend op hun kerntaken. Als bepaalde activiteiten binnen het nationaal gedefinieerde speelveld vallen, door de gemeente dringend worden gewenst en als marktpartijen, na te zijn geïnformeerd, geen interesse tonen, worden deze activiteiten beschouwd als DAEB, waarvoor WSW-geborgde leningen kunnen worden ingezet. Daarbij wordt een niemandsland tussen sociale en commerciële investeringen vermeden.

Bestaand niet-DAEB-bezit van corporaties (woningen met een huur hoger dan €700 en commercieel overig vastgoed) wordt door de corporaties gepubliceerd en te koop aangeboden. Het gaat om vastgoed ter waarde van circa €13 miljard (peiljaar 2012). Als marktpartijen tegen een marktconforme prijs het bezit willen overnemen, dient de corporatie dit bezit te verkopen. Als het bezit na drie jaar niet blijkt te kunnen worden verkocht tegen een marktprijs, dan mogen de corporaties dit vastgoed als DAEB-bezit door exploiteren.

De Tweede Kamer en de Parlementaire Enquêtecommissie doen er goed aan de Tweede Novelle van minister Blok op dit punt niet te volgen en voor woningcorporaties alleen DAEB-activiteiten toe te staan

Download hier het originele artikel uit CorporatieGids Magazine editie september 2014

Door: Hugo Priemus, emeritus hoogleraar Systeem Innovatie Ruimtelijke Ontwikkeling en verbonden aan het OTB en de Technische Universiteit Delft

Bron: CorporatieGids Magazine