Column: Arbeidsmigranten: Huisvestingsopgave voor woningcorporaties

Geplaatst door CorporatieMedia op
 

De toenemende schaarste aan sociale huurwoningen gaat gepaard met oplopende wachttijden. Niet zelden moeten starters acht jaar of langer wachten. Een serie oorzaken zijn in het geding: een tekort aan investeringscapaciteit bij gemeenten, NIMBY-beleid, verhuurderheffing en gijzeling van de bouw door de stikstofcrisis. De corporatiesector vergrijst en huisvest steeds minder starters.

Op de Nederlandse arbeidsmarkt manifesteert zich een toenemende vraag naar arbeidsmigranten. Ons land telt ruwweg 400.000 arbeidsmigranten uit Oost-, Midden- en Zuid- Europa: vooral Polen, Duitsland, Bulgarije en Roemenië.

De huisvesting van arbeidsmigranten wordt meestal, deels informeel, verzorgd door werkgevers of uitzendbureaus. Sommige zijn bonafide, andere zijn dubieus. Vaak houden zij de huur in op het inkomen (maximaal een kwart is toegestaan). Huurachterstanden en huurderving zijn zo onmogelijk. De kwaliteit van de woonruimte is vaak beneden peil. De woonruimte is per persoon veel krapper dan elders in de woningvoorraad. Vaak gaat het om informele, tijdelijke huisvesting in leegstandsbeheer, waarvoor een gebruiksvergunning en een gebruiksvergoeding gelden. Huurbescherming is meestal afwezig. Als het werk wegvalt, zijn arbeidsmigranten meteen dakloos.

Bouw- en Woningtoezicht komt in deze primitieve behuizing zelden kijken. Een deel van de arbeidsmigranten wordt illegaal gehuisvest in bouwsels op een recreatiepark die niet permanent mogen worden bewoond. Vaak zijn arbeidsmigranten te vinden in ‘bewoonde andere ruimten’: kamers en wooneenheden die niet voldoen aan de woningdefinitie.

Gezien de grote problemen met de kwaliteit en de kosten van de actuele behuizing van arbeidsmigranten, ligt het voor de hand dat de huisvesting van deze kwetsbare groep niet wordt verzorgd door twijfelachtige uitzendbureaus, tussenpersonen en werkgevers, maar door woningcorporaties die ervoor kunnen zorgen dat alle garanties en regels die gelden voor de doelgroep in de sociale huursector, ook voor arbeidsmigranten van toepassing zijn. De nadruk ligt hier niet op huurcontracten met een onbeperkte looptijd, maar op tijdelijke huurcontracten.

Arbeidsmigranten horen een wezenlijk bestanddeel te zijn van de huisvestingsopgave van woningcorporaties.

Hugo Priemus is emeritus hoogleraar aan de Technische Universiteit Delft.

Bron: CorporatieGids Magazine, Foto: CorporatieMedia